Mispel

Plant van de maand november 2024

In deze tijd van het jaar is het meeste fruit verwerkt: appeltjes gedroogd, stoofperen ingemaakt, kast vol met jam. Maar waar halen we nu dan nog verse vitamines vandaan? Gelukkig is daar: de mispel! De bomen/struiken waar deze vruchten aangroeien, zijn vaak te herkennen aan hun grote bladeren en zalige grilligheid. Ze zijn vaak breder dan hoog en hebben takken die bijna op de grond liggen (zie de middelste foto hieronder). De Romeinen brachten deze vrucht mee, de mispel is intussen ingeburgerd en kan je dus in het wild tegenkomen. Vroeger kwam deze wilde soort veel meer voor, vooral in Duitsland, vandaar de Latijnse naam Mespilus germanica. De meeste mispelsoorten die je tegenwoordig tegenkomt, zijn aangeplante of verwilderde gekweekte varianten. Deze hebben geen stekels meer (de wilde variant heeft wel stekels, vergelijkbaar met sleedoorn). Ze bloeien in mei, met vrij grote witte bloemen.

De vruchten van de mispel (die mispels worden genoemd) zijn best vreemde vruchten om te zien. Ze zijn vrij klein, bruin, met een grote opvallend stervormige deuk aan één kant. In de verte lijken ze wel op appeltjes, en behoren tot dezelfde familie (rozenfamilie). Zoals gebruikelijk bij soorten uit de rozenfamilie, heeft de mispel 5 bloemblaadjes en 5 kelkblaadjes. Die laatste vormen de vijfpuntige ster op de vrucht. Er zitten ook altijd 5 pitten in, deze bevatten blauwzuur en zijn dus niet eetbaar. Eind oktober, begin november kun je ze plukken, maar eten is een ander verhaal. Ze zijn dan nog hard, en als je ze zou proeven denk je: gatver, wie wil dit nou eten? Een wrange smaak trekt je mond samen. Voor sommige gerechten worden ze wel hard verwerkt, maar meestal wil je ze laten ‘bletten’ oftewel fermenteren. Door het fermenteren worden ze beurs, donkerder bruin en zoeter. Je eet ze pas als het een soort puree in een schilletje is. Op de eerste foto hieronder zie je een rijpe en een onrijpe mispel. De schil is eetbaar, maar als je ze rauw eet, is het geen toevoeging, wij knijpen dan meestal de puree eruit. De smaak doet denken aan een wat melige appel-dadelsmaak.

Na het plukken

Je kan proberen de mispels pas te plukken na de eerste nachtvorst. Het schijnt dat koude en daarna warmte het fermentatieproces kan forceren. Vaak beginnen ze al te vallen voordat er vorst is. Daarom kan je ze soms beter plukken of rapen als ze nog hard zijn, dat doen wij meestal. We hadden gelezen dat je ze een nachtje in de vriezer kon leggen, en dat ze dan sneller rijp zouden zijn. Maar bij ons maakte het geen verschil met degenen die we gewoon op een schaal hadden gelegd. Beide werden binnen 2 weken beurs. Als ze eenmaal rijp zijn, moet je niet te lang wachten met verwerken, maximaal 3 dagen, want dan gaan ze gisten.

 

Recepten

Je kunt er ijs, likeur, taartjes, ovengerechten, chutneys, jam en gelei van maken.

Tot nu toe maakten wij meestal jam. Daarvoor kook je in stukken gesneden mispels gaar. Daarna doe je het door de roerzeef. De opgevangen moes kook je met wat (gelei) suiker tot jam. Het is lekker om er wat specerijen zoals kaneel en kruidnagel aan toe te voegen.

Dit jaar willen we dit gaan proberen: eerst gelei maken (bijvoorbeeld met dit recept). En dan met de overgebleven pulp chutney maken volgens dit recept.

Mispels zoeken

Stel: je bent helemaal enthousiast geworden, maar je weet geen mispels te vinden bij jou in de buurt. Kijk dan eens op http://www.wildplukwijzer.nl/, daar worden eetbare soorten bijgehouden op een kaart. Een andere optie is www.waarneming.nl, hier kan je ook op soort en locatie zoeken.

Veel plukplezier en eet smakelijk!

Koert en Aukje